Bouwkundig detailleren voor tekenaar en ontwerper:
Inleiding (Burgerlijke bouwkunde - 1833).
(bron: Handleiding tot de Burgerlijke Bouwkunde (1837))
Voor de volgende onderwerpen ga naar:
inleiding algemeen;
tweede afdeling - Algemeene bepalingen Handleiding tot de Burgerlijke Bouwkunde;
Inleiding algemeen:
Zonder enige kennis van de beginselen van de beschrijvende meetkunde zijn onderstaande tekeningen niet te begrijpen cq. onderwerpen te maken.
bron afbeelding: Beschrijvende meetkunde (uitgeverij Stam (1964)
De 19e eeuw (het tijdperk na de Franse revolutie) is een tijd geweest van zeer grote vooruitgang op het gebied van opvoeding en onderwijs. Onderstaande 'Tweede afdeling' uit de 'Algemeene bepalingen Handleiding tot de Burgerlijke Bouwkunde' is hiervan het bewijs.
De kennisoverdracht, met betrekking tot deze onderwerpen, via het onderwijs is daarna alleen maar toegenomen.
Een bouwkundige MBO-er uit de jaren 60 moest onderstaande onderwerpen kunnen beheersen.
Zij die er goed in waren werden constructeur, tekenaar, etc.
en zij die dit niet konden volgen verdwenen naar de nevenberoepen.
- planimetrie;
De planimetrie of vlakke meetkunde houdt zich bezig met punten, lijnen en vlakken in het platte vlak.
verder het onderwerp 'Planimetrie' behorende bij dit onderdeel.
- stereometrie;
Stereometrie ofwel ruimtemeetkunde onderzoekt de eigenschappen van figuren, die niet met al haar punten in één plat vlak liggen.
- (tri)goniometrie;
Tak van de wiskunde die zich bezighoudt met de relaties tussen de zijden en hoeken van driehoeken en tussen nauw aan elkaar gerelateerde grootheden, vooral met methoden om van gegeven delen andere benodigde delen af te leiden.
- en de beschrijvende meetkunde.
Een moeilijkheid, die de stereometrie oplevert, bestaat hierin, dat het niet mogelijk is lichamen, die niet vlak zijn, in een plat vlak te construeren.
Er zijn verschillende manieren bedacht om deze moeilijkheid op te lossen. De beschrijvende meetkunde gaat hierover.
Voor een tekenaar bestaat hierdoor de mogelijkheid om op het platte vlak (tekenpapier) een zo nauwkeurig mogelijk 'beeld' te tekenen van hetgeen hij met het oog waarneemt.
De meest voorkomende werkwijzen uit deze praktische wiskundige benadering van het ruimtelijk afbeelden zijn:
- de rechthoekige of orthoganale projectie; verder bij het onderdeel "het maken van projectie's en uitslagen".
- de scheefhoekige parallelprojectie en de axonometrie; verder bij het onderdeel "het maken van projectie's en uitslagen".
- de centrale projectie en de perspecfief. verder bij het onderdeel "het maken van projectie's en uitslagen".
Tweede afdeling - Algemeene bepalingen Handleiding tot de Burgerlijke Bouwkunde (1837):